Hoe gaat het met de natuur in Grenscorridor?
De natuurgebieden Leenderbos, Groote Heide en De Plateaux liggen in Grenscorridor. Deze gebieden maken deel uit van Natura 2000, een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. Maar wat maakt de natuur in Grenscorridor zo bijzonder? Een aantal deskundigen legt het je uit.
“Leenderbos, Groote Heide en De Plateaux zijn bekend om hun uitgestrekte naaldbossen, vennen en heidevelden,” vertelt Geoffrey de Rooij, boswachter ecologie bij Staatsbosbeheer. “Door het gebied stromen verschillende beken, waar zeldzame waterplanten zoals de drijvende waterweegbree en de vlottende waterranonkel groeien. De vlottende waterranonkel kan meterslang worden en houdt van snelstromend, voedselrijk water. De drijvende waterweegbree groeit daar wat bescheidener tussen. Beiden bloeien helder wit met een gele ‘nagel’ in het hart van de bloem.”
Speerwaterjuffer
Naast de beken zijn ook de vennen belangrijk voor het gebied. Sommige vennen zijn zwak gebufferd: ze bevatten relatief helder water en vallen zelden droog omdat ze worden gevoed door grondwater. “Rond deze vennen komt de zeldzame speerwaterjuffer nog voor,” geeft Geoffrey aan. In Grenscorridor vind je ook veel zure vennen. Beide soorten vennen zijn gevoelig voor slechte luchtkwaliteit. Door verdroging is een aantal vennen bovendien verdwenen. De overgebleven vennen zijn kleiner geworden en vallen sneller droog. Dat is een bedreiging voor bijvoorbeeld libellensoorten. In Grenscorridor komen ook zeldzame soorten droge heides en zandverstuivingen voor. Daar leven planten en diersoorten die je op andere plekken niet vaak ziet, zoals de jeneverbes, de tapuit en de kommavlinder.”
Onder druk
“De natuur staat onder druk,” stelt Ilona Baeten van Natuurmonumenten. Samen met onder andere Staatsbosbeheer beheert haar werkgever Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux. “Doordat het bijvoorbeeld niet goed gaat met de heidegebieden gaat het slecht met verschillende vlindersoorten zoals het gentiaanblauwtje, de heivlinder en het heideblauwtje”. Verdroging, slechte waterkwaliteit, te veel stikstofneerslag en versnippering van het landschap zijn de belangrijkste oorzaken van de achteruitgang van de natuur.”
De natuurdoelanalyse van de provincie Noord-Brabant uit februari 2023 en het advies van de onafhankelijke Ecologische Autoriteit uit september van datzelfde jaar bevestigen dat beeld. Beide documenten maken duidelijk dat de geplande maatregelen niet genoeg zijn om de Europese natuurdoelen te halen. Er is echter kritiek op de manier waarop de voor de provincie wettelijk verplichte natuurdoelanalyse tot stand is gekomen.
Gebrek aan informatie
ZLTO, ook gebiedspartner van Grenscorridor, wijst bijvoorbeeld op het gebrek aan informatie over sommige planten- en diersoorten. Het beeld is dat ook wanneer gegevens ontbreken, maatregelen worden genomen met gevolgen voor agrarische ondernemers in het gebied. Denk bijvoorbeeld aan het niet zomaar mogen gebruiken van grondwater voor de beregening van gewassen. Wanneer onvoldoende gegevens bekend zijn om een herstelmaatregel uit te kunnen voeren, wordt echter eerst gericht onderzoek uitgevoerd. Denk hierbij aan het in kaart brengen van verspreidingsgegevens van flora en fauna of het uitvoeren van een landschapsecologische systeemanalyse (LESA).
Provincie Noord-Brabant werkt aan onderzoek om de gaten in de kennis te vullen. Zo vindt er onderzoek plaats naar de verspreiding en leefgebieden van beschermde dier- en plantsoorten. Ook meet de provincie wat het effect is van maatregelen, zoals het verwijderen van stikstofrijke grondlagen en het verhogen van het grondwaterpeil. Dit soort maatregelen zijn onder andere bedoeld om de negatieve gevolgen van een te hoge stikstofneerslag te verminderen.
Hoe nu verder?
Eens in de zes jaar stelt de provincie Noord-Brabant in samenwerking met grondeigenaren, grondgebruikers en andere overheden, zoals gemeenten en waterschappen, een nieuw beheerplan op voor de Natura 2000-gebieden. Daarin staat welke maatregelen nodig zijn om de natuurdoelen te bereiken en wie die maatregelen gaat uitvoeren. In het beheerplan van Leenderbos, Groote Heide & De Plateaux van 2017, dat onlangs met zes jaar is verlengd, ligt de nadruk op het versterken van bos, heide en stuifzandgebieden. Door die versterking kunnen reptielen en vlinders zich makkelijker tussen de gebieden verplaatsen. Ook de gevlekte witsnuitlibel en de speerwaterjuffer profiteren daarvan. De provincies zijn in gesprek met het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur over de planning van een nieuwe natuurdoelanalyse voor de Natura 2000-gebieden. Daarna zal blijken in hoeverre de genomen maatregelen effect hebben gehad.
Meer weten over de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak
Wil je meer weten of heb je vragen, ideeën of tips? Wij horen het graag. Neem gerust contact op.