Informatiebijeenkomst conceptvisie
31 maart 2025
Natuurorganisaties zijn vanaf dag 1 nauw betrokken bij het proces. Het gaat om het beschermen van de natuur. Daar horen de gebiedseigenaren bij, waaronder de natuurorganisaties. (Recreatie)ondernemers zijn nog niet voldoende betrokken. Dit heeft tijd nodig. Anderzijds, als je de (recreatie)ondernemers mee wilt krijgen in het proces, dan moet je ze wel op tijd informeren en betrokkenheid mogelijk maken. Dus,
als er initiatieven zijn, dan met elkaar de schouders eronder zetten.
In andere gebieden is daar inderdaad mee geëxperimenteerd. Natuurmonumenten is betrokken bij meerdere herstelprojecten. Daarin wordt eerst onderzocht hoe het gesteld is met de mineralenhuishouding in de bodem voordat er eventueel met kalk gestrooid gaat worden.
Dit is opgenomen in bijlage 4.8 van het visiedocument. Hierin zijn diverse
stikstofonderzoeken samengevat tot de 5 belangrijkste maatregelen voor dit gebied. Daarnaast is de autonome ontwikkeling en aanpak van het stikstofdeken in Brabant zoals voorgesteld in de Brabantse Ontwikkelaanpak Stikstof 2.0 van groot belang.
De oorzaak voor het calciumtekort is een probleem van bodemkwaliteit, zoals te zure gronden of een slechte structuur. De landbouw pakt dit zelf aan door middel van het toevoegen van mineralen (bekalking).
Op het thema recreatie wordt ook gekeken of maatregelen kunnen helpen om stikstofreductie te bereiken. Bijvoorbeeld autoverkeer dicht bij het Natura 2000-gebied tegengaan en fietsen en openbaar vervoer stimuleren.
De fietspaden in de duinen zijn vrijwel allemaal van de gemeenten. Er worden op dit moment geen wandelpaden afgesloten door Natuurmonumenten. Recreanten verstoren wel de natuur en de leefomgeving van de dieren. Wanneer er meer recreanten komen, merken we dat zij steeds vaker van de paden afwijken en verder het gebied indringen. Dit is het leefgebied van dieren. Hierdoor hebben zij steeds minder rustplekken. We kijken daarom naar de zonering van de recreatie, bijvoorbeeld door het verplaatsen van wandelpaden. De gebieden blijven wel open voor recreatie.
De natuurorganisaties beheren hun eigen gronden zoals dat voor de natuur het beste is op die plek. Wat er gebeurt op de gronden die ernaast liggen, 'de schil', heeft veel effect op de natuur. Daarom is het belangrijk dat ook in de schil rekening gehouden wordt met de natuur.
Gemeenten voeren allerlei werkzaamheden uit. Daarbij kan ook gekeken worden naar een aanpak om bijvoorbeeld wandel- en fietsverbindingen te verbeteren om de recreatie in het buitengebied aangenamer te maken.
Er zijn uiteenlopende bronnen die stikstof uitstoten. De kunst is om met elkaar te kijken waar vermindering (effectief) door te voeren is.
Waterschap De Dommel werkt hard met de partners om het water zo schoon mogelijk te krijgen. Het systeem van Water en Bodem sturend kijkt niet alleen naar de korte termijn, maar ook naar de lange termijn. We streven ernaar dat ook de Zandleij een goede waterkwaliteit krijgt. Onder meer door de maatregelen die nu al genomen worden.
Helderheid over cijfers is belangrijk en het uitspreken van de interpretaties hiervan, zodat we een gelijk beeld hebben. Het klopt zeker dat het negatief effect niet altijd door de agrarische sector komt.
Waardering voor goede initiatieven is essentieel. Elkaar begrijpen en hetzelfde beeld hebben over feiten is daarbij van belang.
Dit is de gebiedsgerichte aanpak Loonse en Drunense Duinen bekend, maar je dient Waterschap De Dommel te vragen naar hun mening. De inbreng vanuit het waterschap voor de gebiedsgerichte aanpak is het handelingsperspectief en de watervisie waarin staat dat zoveel mogelijk water moet worden vastgehouden op de hoge delen. Een gedetailleerde kaart hiervan (hoge koppen, flanken, beekdalen) is terug te vinden in het visiedocument.
Als mensen een 'spuitwagen' zien rijden, wil dat niet zeggen dat daar pesticiden in zitten. We zien juist, met de laatste innovaties, steeds meer biologische middelen om bijvoorbeeld bepaalde infecties terug te dringen. Wanneer we kijken naar het water, dan zijn er bijvoorbeeld ook gestuurde drainage- en druppelirrigatie innovaties. We moeten de sector de kans geven om een verdienmodel overeind te houden en kwalitatief mooie producten uit de regio te laten komen.
Elke vooruitgang die wordt geboekt, is er één. Natuurlijk wil je altijd een 10, maar dat kan niet altijd. En dus mag je op sommige vlakken ook genoegen nemen met een 6. Als er alleen maar 100 procent wordt ingezet op de natuurdoelen, dan kost dit heel veel economische activiteit. Dit geldt niet alleen voor de landbouw, maar ook voor andere sectoren. We moeten zoeken naar de haalbaarheid voor het gebied, maar ook voor de
ondernemers en mensen die er wonen.
Dit helpt zeker. Voor een deel van het gebied zijn er keukentafelgesprekken gevoerd met boeren. Daar komt een hoop informatie uit en dat is precies het moment om draagvlak in de omgeving te vinden, maar ook om die gebiedskennis in het proces te kunnen verwerken. We zullen naar een kleine en fijnere uitwerking van het geheel moeten.
Grotendeels ligt het gebied bij Waterschap De Dommel, een deel bij Waterschap Brabantse Delta en een heel klein deel bij Waterschap Aa en Maas. De waterschappen hebben afgesproken dat Waterschap De Dommel leidend is, maar zij voeren wel alle gesprekken samen en bespreken alles ook samen. De waterschappen treden gezamenlijk als één waterschap op in het gebiedsproces.
Zeker, die liggen met name in deelgebied 5: Leemkuilen. Dit is het gebied van Waterschap De Dommel.
Als je gaat kijken hoe de landbouw in de samenleving opereert, dan zie je dat boeren een bepaalde rol hebben in de omgeving. De boeren zorgen ervoor dat er dingen mogelijk zijn in de omgeving. Denk aan ruimte voor verenigingen en het uitlenen van machines aan de buren. Het is een bepaalde cultuur die er heerst. Als de landbouw wordt weggehaald, dan gaat de cultuur veranderen, dus dat is zeker iets om mee te nemen.
Daar zijn we met de partners naar op zoek. Dit hangt ook af van de locatie, sector en doelen die er voor water en natuur op die locatie liggen.
Meer weten over de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak
Wil je meer weten of heb je vragen, ideeën of tips? Wij horen het graag. Neem gerust contact op.